We kunnen het niet genoeg benadrukken. Als je tijdens je pensioenjaren je huidige levensstandaard wil behouden, dan start je best zo vroeg mogelijk met pensioensparen. Een pensioenspaarverzekering en een pensioenspaarfonds zijn de meest bekende vormen van pensioensparen, maar er zijn nog mogelijkheden om je spaarpot voor later te spijzen én die je bovendien fiscaal voordeel opbrengen.
1. Groepsverzekering
Maar liefst 2 op de 3 werknemers in de privésector kunnen genieten van een groepsverzekering om extra kapitaal op te bouwen voor tijdens je pensioen. Niet alleen jij als werknemer, ook je werkgever kan bijdragen tot de groepsverzekering. Meestal betaalt de werkgever dan twee derde van de premie en de werknemers het overige derde. Let wel dat andere regelingen ook mogelijk zijn.
Omdat de premies een percentage van je loon zijn, is het logisch dat mensen die meer verdienen ook later op een groter pensioenkapitaal kunnen rekenen. Goed om te weten is wel dat de persoonlijke bijdragen van de werknemers genieten van een belastingvermindering van 30 % van de gestorte bijdragen.
2. Vrij aanvullend pensioen werknemer
Werknemers uit de privésector en contractuelen uit de publieke sector die geen of slechts een klein aanvullend pensioen opbouwen via hun werkgever kunnen een Vrij Aanvullend Pensioen voor Werknemers (VAPW) nemen.
Hierbij vragen ze aan hun werkgever dat hij een deel van hun nettoloon inhoudt en doorstort naar een instelling die ze aanwijzen. Die kan het geld dan beleggen in een tak21-spaarverzekering, waarbij de spaarder een gegarandeerd minimumrendement geniet en bovenop jaarlijks nog een winstdeelneming kan krijgen als de financiële markten en de resultaten van de verzekeraar dat toelaten. Of ze kunnen kiezen voor een formule die gekoppeld is aan beleggingsfondsen met het doel een hogere opbrengst te halen, maar het risico is er dat het ook lelijk kan tegenvallen en er verlies wordt geboekt.
De sommen die uiteindelijk worden doorgestort naar de instelling die het aanvullend pensioen zal beheren, geven de werknemer recht op een belastingvermindering van 30%. Wie 1.600 euro stort, moet dus 480 euro minder belastingen betalen.
3. Pensioensparen
Van je 18 tot 65 jaar kan je jaarlijks tot 1 270 euro pensioensparen. Dat kan enerzijds via een pensioenspaarverzekering of anderzijds via een pensioenspaarfonds. Bedragen tot 990 euro geven je recht op een belastingvermindering van 30 %. Als je dus jaarlijks 990 euro spaart, moet je dus 297 euro minder belastingen betalen. Wie jaarlijks een bedrag tussen de 990 en de 1 270 euro spaart, krijgt een belastingvermindering van 25 %.
4. VAPZ
Zelfstandigen kunnen een bijkomend pensioen opbouwen via een Vrij Aanvullend Pensioen voor Zelfstandigen. De opbouw van een VAPZ verloopt via een tak21-spaarverzekering. Die geeft u recht op een gewaarborgde rente. Daar bovenop kan nog een winstdeelneming komen als de financiële markten en de resultaten van de verzekeraar dat toelaten.
De stortingen voor een VAPZ kunnen worden afgetrokken van het inkomen en geven dus een belastingbesparing tegen het hoogste tarief waarin het inkomen valt. Door de aftrek verlaagt bovendien ook de basis waarop uw sociale lasten worden berekend.
5. Langetermijnsparen
Ook via deze manier van sparen krijg je van de fiscus een extra duwtje in de rug. Langetermijnsparen doe je via een tak21-spaarverzekering. Stortingen kunnen een belastingvermindering van 30 % opleveren.
6. Vrij sparen
Los van alle bovenstaande manieren om aan pensioensparen te doen, kan je uiteraard nog altijd zelf een extra centje bijsparen of eventueel investeren in vastgoed. Voor deze inspanningen ontvang je dan wel geen fiscale ondersteuning.
Heb je vragen over pensioensparen of wil je meer info over een van bovenstaande methodes, aarzel dan niet om ons te contacteren!
Terug naar overzicht